Het ontstaan
Schisis komt uit het Grieks en betekent spleet. Ongeveer één op de zeshonderd kinderen in Nederland wordt geboren met een vorm van schisis.
De volgende vormen kunnen voorkomen:
- Een spleet in (een deel van) de bovenlip
- Een spleet in de bovenlip en in (een deel van) de bovenkaak
- Een spleet in de lip, de kaak en het gehemelte (volledige schisis)
- Alleen een spleet in het gehemelte
Bij een enkelzijdige schisis is de spleet iets rechts of links van het midden van het gezicht.
De spleet ligt een beetje naar links of rechts van het midden van het gezicht. Dit heet een enkelzijdige schisis.
Bij een dubbelzijdige schisis is er zowel links als rechts van het midden een spleet.
Ook kan er zowel links als rechts naast het midden een spleet zijn. Dit noemen we een dubbelzijdige schisis





Hoe ontstaat Schisis
Bij de normale ontwikkeling tijdens de zwangerschap is er altijd eerst een dubbelzijdige lip-, kaak-, en gehemeltespleet. De verschillende delen groeien naar elkaar toe en versmelten met elkaar. Tussen de zesde en negende week van de zwangerschap sluiten de lip en de bovenkaak zich. Tussen de negende en twaalfde week sluit het gehemelte. Als dit niet of maar deels gebeurt, blijft er een spleet (schisis) bestaan. Waarom dit soms gebeurt, is nog niet precies bekend. Wel is bekend dat zowel erfelijke factoren als omgevingsfactoren tijdens de eerste weken van de zwangerschap een rol kunnen spelen.