Secundaire correcties
Secundaire neuscorrectie:
De schisis kan er voor zorgen dat je neus van binnen en/of van buiten niet helemaal recht staat. Dat kan er voor zorgen dat je minder goed door je neus kunt ademen. De KNO-arts en de plastisch chirurg kunnen bij scheefstand van je neus met jou en je ouders overleggen over de mogelijkheden en de timing van een eventuele operatie aan je neus (een zogenaamde rhinopastiek). Als je met de dokters overeenkomt om je aan je neus te laten opereren, dan is dat meestal mogelijk vanaf het moment dat je gezicht is uitgegroeid.
Secundaire lipcorrectie:
Als je als baby aan een lipspleet bent geopereerd, dan heb je een litteken over je lip, richting je neus lopen. Littekens groeien vaak minder gemakkelijk mee dan ‘gewone huid’. Dat kan er voor zorgen dat je litteken ‘trekt’. Als dit ervoor zorgt dat je bovenlip te strak, te dun of scheef is, dan kun je overleggen over een operatie waarbij de plastisch chirurg het oude litteken openmaakt en opnieuw hecht. Als je met de dokters overeenkomt om je aan je lip te laten opereren, dan is dat meestal mogelijk vanaf het moment dat je gezicht is uitgegroeid